Nieuwbouw in Berkel en Rodenrijs

‘We voelden ons meteen thuis in het Gouden Hart.’

Blog / 29 april 2021

Het Gouden Hart heeft er een nieuwe ondernemer bij, en wel een hele bijzondere! Henriëtte en Laura hebben namelijk sinds 1 maart hun Dierenkliniek Westpolder geopend. Een mooi nieuw avontuur voor deze twee powervrouwen met een bak ervaring. We spreken in dit interview Henriëtte, dierenarts gespecialiseerd in eerstelijns dierengeneeskunde, die met deze stap in haar carrière ‘back to the roots’ is gegaan. 

Gekozen voor de plek
De in Berkel geboren Henriette studeerde in 1998 af als dierenarts in Utrecht. ‘Daarna ben ik vrij snel naar Frankrijk vertrokken en heb ik 15 jaar lang met heel veel plezier mijn eigen praktijk gerund in de Vogezen. Hoewel het echt een prachtige tijd was, merkte ik op een gegeven moment dat ik het toch fijn vindt om wat dichter bij mijn vrienden en familie te wonen. Daarom ben ik weer teruggekeerd naar Nederland.’

Henriëttes vader woonde al die tijd nog in Berkel. Ze heeft daarom de band met de plek nooit verloren. ‘Toen er hier in het Gouden Hart een plek vrijkwam, zijn Laura en ik meteen gaan kijken.’ Een paar maanden later staat er nu een volledig uitgeruste praktijk van 83 vierkante meter met een wachtkamer, spreekkamer, een opvang voor de operatiekamer en een privégedeelte. ‘We voelden ons hier meteen thuis: Het is hier hartstikke sfeervol met dat mooie plein, de restaurantjes en de bakker om de hoek. We zitten vaak lekker de te lunchen voor de deur in het zonnetje: het is echt een gezellige dorpse sfeer.’ 

Starten in de coronatijd
Een nieuwe onderneming starten in coronatijd is best een spannende aangelegenheid, maar sinds de praktijk open is hebben Henriette en Laura al 80 nieuwe inschrijvingen. ‘Er is een groot tekort aan dierenartsen in Nederland, zeker dierenartsen met ervaring.’ Het is merkbaar dat ook veel gezinnen door het thuiswerken meer tijd hebben voor de opvoeding van pups of kittens. ‘Er is daarom in deze sector eerder meer dan minder werk bijgekomen. Het is juist leuk om in deze tijd te starten. We zien nu veel eigenaren die met hun jonge pups of kittens bij ons komen. Dan kan je vanaf het prille begin écht een band opbouwen met het dier en met de eigenaren en zie je ook de ontwikkeling van zo’n pup. Dat maakt het hebben van een eigen praktijk zo leuk: de band die je opbouwt is veel sterker dan wanneer je een paar dagen in loondienst werkt. Ik krijg daar zelf heel veel energie van!’

‘Het leukste beroep dat er is’
Henriette vindt haar beroep het leukste dat er is: ‘Je hebt iedere dag enorm veel afwisseling. We kunnen hier zoveel doen: naast het maken van röntgenfoto’s of echo’s kunnen we ook opereren, maar geven we ook tips over de opvoeding van het dier. Bij bijvoorbeeld hele gecompliceerde operaties is een verwijzing naar een specialist nodig, maar voor die tijd kunnen wij heel veel. Daarom maak je ook zoveel mee: hele mooie momenten wanneer een dier zichtbaar opknapt, maar ook hele verdrietige momenten waar je mee om moet leren gaan. Bijvoorbeeld als een dier heel erg ziek is, of als een dier aan het einde van zijn of haar leven is. Dat zijn momenten dat we erg goed moeten nadenken wat het allerbeste is voor het dier én de eigenaar.’ 

Nooit uitgeleerd
Henriëtte benadrukt dat het altijd een hele uitdagende baan blijft. ‘Het mooie aan het beroep vind ik dat je nooit bent uitgeleerd. Nu ik al 25 jaar in het vak zit, heb ik al veel voorbij zien komen. Maar soms komen er nog dingen langs die ik niet meteen kan plaatsen of waar ik niet direct een diagnose voor kan stellen.  Op zo’n moment ga ik weer met mijn neus in de boeken of raadpleeg ik collega’s. Ik blijft op deze manier op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen, de nieuwste behandelmethoden en de nieuwste medicijnen.’ Naast eigen onderzoek heeft Henriëtte om de zoveel tijd intercollegiaal overleg. ‘Dan bespreken onderwerpen aan de hand van een thema, superleuk is dat! Dan merk je ook dat iedere dierenarts weer zijn of haar eigen visie heeft: zo leer je ook ontzettend veel van elkaar.’

Henriettes visie
Dat Henriettes eigen visie is gevormd door haar ervaring in Frankrijk is geen verrassing. ‘Ik had mijn eigen praktijk in een hele rurale omgeving, waar de dieren veel bewegingsruimte en natuur om zich heen hadden. Dieren konden daar écht dier zijn. In deze wat meer stadse omgeving zie je dat de bewegingsruimte van het dier natuurlijk wat beperkter is. Daarom geef ik de eigenaren ook vaak mee dat het belangrijk is om het respect voor het dier te behouden, om het natuurlijke aspect wat meer aandacht te geven. Op deze manier hoop ik eigenaren te inspireren om dit in de opvoeding van het dier mee te nemen.’